top of page

Hoe presenteer

ik mijn profielwerkstuk?

Hoe:

Zorg dat je verhaal een goede opbouw heeft. Maak een inleiding (kop), een kern (romp) en een slotbetoog (staart). Bedenk daarbij dat je doel is om je boodschap duidelijk over te brengen. Zorg voor een rode draad in het verhaal zodat je presentatie ook gaat lopen. Zet dit eerst voor jezelf op een rijtje.

​

Wie:

Het is belangrijk om je presentatie af te stemmen op je publiek. Welke leeftijd heeft je publiek en hebben zij al kennis van het onderwerp van je presentatie? Hier moet je allemaal rekening mee houden tijdens het schrijven en presenteren van je verhaal.

​

Klik hier voor meer uitleg over presenteren

Hoe ga je je verhaal ondersteunen?

Afhankelijk van je onderzoeksactiviteit kun je bij je presentatie een proefopstellinggebruiken. Zorg in ieder geval voor aansluiting bij je onderzoeksvraag.

 

Heb jij bijvoorbeeld onderzocht of kinderen beter leren met muziek aan? Zet dan onder het eerste deel van je presentatie muziek. Dat is een leuke introductie van je onderzoek, die mensen prikkelt en aan het denken zet.

Powerpoint

of

Prezi?

De meeste presentaties worden visueel ondersteund door een powerpoint presentatie. Het helpt jou om de lijn van je verhaal vast te houden en je publiek om de opbouw van je verhaal te begrijpen.

 

Naast Powerpoint kun je ook Prezi voor je presentatie gebruiken.

 

Let op het volgende bij het maken van je presentatie:

  • Orden je informatie in sheets (bijvoorbeeld per deelvraag).

  • Gebruik afbeeldingen die je verhaal ondersteunen.

  • Hou het beknopt: dus niet teveel sheets.

oefen je presentatie

Veel leerlingen denken dat ze een goede presentatie kunnen houden zonder te oefenen. Oefen minstens 2 keer zodat het zeker goed gaat.

​

Do's

  • Neem een 'spiekbriefje' met steekwoorden mee.

  • Spreek duidelijk en kijk het publiek aan.

  • Zorg dat je enthousiast overkomt.

  • Ga staan tijdens je presentatie.

​

Don'ts

  • Lees niet je hele presentatie voor.

  • Friemel niet aan je kleding of haar.

  • Stop niet je handen in je zakken.

  • Stop niet teveel informatie in je sheets.

bottom of page